donderdag 8 mei 2014

Poëzie opdracht 2

3 vormen van stijlfiguren in het dagelijks leven:
In een tijdschrift waarbij een fotograaf werd geïnterviewd las ik het volgende: Haar blik is fel, dan weer dromerig, vaak stralend. Dit is een duidelijke opsomming: fel, dromerig en stralend.
In de vogue Nederland van de maand juni staat: Zwart: het nieuwe wit. Dit is een voorbeeld van een anthithese. Twee tegenovergestelde begrippen naast elkaar.
In gesprek met mijn vriendin werd er gezegd: Zij helpt ons in het huishouden. Wat verzachtende taal is voor: Ze is onze schoonmaakster/werkster. Een eufemisme dus.

3 vormen van beeldspraak in het dagelijks leven:
Tijdens de Londen reis zeiden de leraren vaak: we gaan even de koppen tellen. Daarmee bedoelden ze natuurlijk de leerlingen. Dit is een voorbeeld van een metonymia. Je noemt een deel van het geheel in plaats van het geheel zelf.
Toen ik s'avonds met mijn vader ging zeilen zei hij: Draai de boot even met zn neus naar de brug. Hij bedoelde natuurlijk gewoon de voorkant van de boot, maar gebruikte daar een ander woord voor. Dit heet een metafoor.
Een ander metafoor hoorde ik toen ik met mijn opa en oma door België reed. De weg was heel hobbelig en oma noemde de stenen kinderkopjes. De weg was in werkelijkheid bestraat met kasseien.

Beeldspraak bij de advertenties:
- Print ad van een wijnmerk:
Er is sprake van beeldspraak in deze advertentie. De wijn wordt hier vergeleken met een 'mushroom' = champignon. De betekenis van het woord Mushroom is in de loop der jaren alleen maar verbeterd. Eerst betekende het nog iets slechts namelijk een wolk van een bom en nu betekent het gewoon een eetbare champignon. Ze vergelijken deze verbetering met die van wijn. Hoe ouder wijn is hoe lekkerder hij smaakt. Het object is de wijn wat vergeleken wordt met de verbetering van de mushroom als beeld. 

- Print ad van nicotinekauwgom:
Ik zie in deze advertentie de stijlfiguur hyperbool (overdrijving) terug komen. Er wordt gewaarschuwd dat als je rookt je er ouder uit gaat zien. In deze advertentie overdrijven ze dat heel erg. Je ziet namelijk een taart van 42 terwijl de vrouw (de ouwe taart --> beeldspraak) wel 90 lijkt. In het dagelijks leven lijken mensen niet 48 jaar ouder door te roken. Dit doet de maker van de advertentie natuurlijk expres zodat mensen stoppen met roken en daarom nicotinekauwgom gaan gebruiken in plaats van een sigaret.

- Print ad van een kauwgommerk
Er wordt een vergelijking gemaakt tussen kauwgom en je tanden poetsen. Ze willen duidelijk maken dat als je de kauwgom gebruikt je mond net zo fris is als wanneer je je tanden gepoetst hebt. Het object is de kauwgom en het is zo fris als het beeld, namelijk tanden poetsen.

Beeldspraak bij gedicht 2 Typiste - Gerrit Achterberg):

De schoenen aan mijn voeten geven een kusgeluid
- Personificatie
- De schoenen worden afgebeeld als een levend wezen die kusgeluiden kan maken

De tram, mijn gele bruidegom houdt voor mijn kleine voeten stil
- Een vergelijking zonder voegwoord of voorzetsel
- De tram = het object, mijn gele bruidegom = het beeld

Kleine piano van mijn ziel, waarop ik tik wat hem geviel mij te bevelen, sterk en zwaar.
- Metafoor
- De schrijfmachine is in deze zin weg gelaten maar zou als object kunnen functioneren. Kleine piano van mijn ziel is het beeld. Doordat het in de vorige zin is gebruikt, weet de lezer wat er mee bedoeld wordt.

Stijlfiguren bij gedicht 4 De Dapperstraat - J.C. Bloem:

Parallellisme:
De zinnen verlopen op dezelfde manier qua rijm: ABBA, ABBA, ABCABC         

Antithese:
Het leven houdt zijn wonderen verborgen
Tot het ze, opeens, toont in hun hogen staat
-Wonderen verbergen en tonen

Hyperbool:
Een stukje bos, ter grootte van een krant.
- Ter grootte van een krant is wel heel erg klein dus nogal overdreven

Paradox:
- Domweg gelukkig zijn als je verregend bent op een miezerige morgen is tegenstellend.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten